zaterdag 5 november 2011

Commandeur in de Orde van het Buigend Riet

Plotseling zit ik aan tafel naast een jongen die ik 40 jaar niet heb gezien. Plotseling maar niet toevallig, want mijn moeder is aan het doodgaan. Mijn zoon heeft dezelfde voornaam, maar is niet naar hem vernoemd. Hij was gisteren, 40 jaar geleden, 4, en stonk naar urine. Hij had een zindelijkheidsprobleem. Nu is hij zindelijk en ruikt naar reukwater van de moderne tijd waarin alles van geleend geld kan worden gekocht. Onze moeders zijn elkaar blijven spreken en daarom zitten wij aan dezelfde tafel. Hoewel hij niet mijn schoolvriendje was, maar de broer van mijn schoolvriendje dat altijd de baas over mij speelde, maar door wie ik mij toch graag liet commanderen. Hij, zijn broer, die niet aan tafel zit, is doorgegaan met commanderen en ondernemer geworden. Ik ben zelf ook gaan commanderen en regisseur geworden. En als ik niemand heb om te commanderen, commandeer ik letters op papier. Nee, ik heb graag de illusie dat ik commandeer, om niet te hoeven denken aan hoe de Tijd onze levens wegzuigt. Maar zo praten we niet, dat is niet te doen. Voor het gemak praten we alsof we het eeuwige leven hebben.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten